Het recht op wonen, zorg, onderwijs of bestaanszekerheid staat in de Grondwet. Maar de formulering moet beter. En de rechter moet eraan kunnen toetsen.
Die oproep doet Gijsbert Vonk (hoogleraar sociale grondrechten, Universiteit Maastricht). Hij is gastcurator van de eerste Democratie Update – de nieuwsbrief van de Nederlandse Democratie Coalitie.
Er komt toch al een grondwettelijk hof?
‘Het kabinet wil grondwettelijke toetsing mogelijk maken. Dat is ook een reactie geweest op de toeslagenaffaire. Meer checks en balances in de rechtsstaat. Maar het is een beperkt voorstel, want het geldt alleen maar voor klassieke grondrechten.’
Waarom zou het ook voor sociale grondrechten moeten gelden?
‘Omdat we daarmee de verzorgingsstaat die we hebben serieus nemen en dat daarmee ook de verzorgingsstaat onderdeel is van de rechtsstaat. Als bijvoorbeeld wetten worden aangeboden waarbij bepaalde groepen ver onder het sociaal minimum zouden zakken. Dan kunnen ze dat aanvechten.’
Sociale grondrechten staan in de Grondwet, maar het zijn nu vaak nog vage formuleringen (‘bestaanszekerheid (..) voorwerp van zorg van de overheid’).
Hoe zou je sociale grondrechten formuleren als de rechter er ook aan mag toetsen? (bijvoorbeeld: ‘Ieder heeft recht op een bestaansminimum’)
Daarover gaan wetenschappers (o.a. Gijsbert Vonk en Saskia Klosse) in gesprek met vertegenwoordigers van maatschappelijke organisaties.
‘Het is belangrijk om te begrijpen dat de toeslagenaffaire geen incident is.’
Gijsbert Vonk geeft drie leestips over wat er mis kan gaan in een verzorgingsstaat waar sociale grondrechten onvoldoende gewaarborgd zijn.